Conjugation German verb stolpern passive voice

Regular verb
Auxiliary verb used with stolpern : sein
stolpern | stolpern passive voice

Translation stolpern

stolpern ➔ to stumble

Indikativ (Indicative)

Präsens (Present)

gestolpert
gestolpert
gestolpert
gestolpert
gestolpert
gestolpert

Präteritum (Imperfect)

gestolpert
gestolpert
gestolpert
gestolpert
gestolpert
gestolpert

Perfekt (Present perfect)

gestolpert worden
gestolpert worden
gestolpert worden
gestolpert worden
gestolpert worden
gestolpert worden

Plusquamperfekt (Pluperfect)

gestolpert worden
gestolpert worden
gestolpert worden
gestolpert worden
gestolpert worden
gestolpert worden

Futur I (Future)

gestolpert werden
gestolpert werden
gestolpert werden
gestolpert werden
gestolpert werden
gestolpert werden

Futur II (Past future)

-
-
-
-
-
-

Konjunktiv I (Subjunctive )

Präsens (Present)

gestolpert
gestolpert
gestolpert
gestolpert
gestolpert
gestolpert

Perfekt (Present perfect)

gestolpert worden
gestolpert worden
gestolpert worden
gestolpert worden
gestolpert worden
gestolpert worden

Futur I (Future)

gestolpert werden
gestolpert werden
gestolpert werden
gestolpert werden
gestolpert werden
gestolpert werden

Futur II (Past future)

-
-
-
-
-
-

Konjunktiv II (Conditional)

Präteritum (Imperfect)

gestolpert
gestolpert
gestolpert
gestolpert
gestolpert
gestolpert

Plusquamperfekt (Pluperfect)

gestolpert worden
gestolpert worden
gestolpert worden
gestolpert worden
gestolpert worden
gestolpert worden

Futur I (Future)

gestolpert werden
gestolpert werden
gestolpert werden
gestolpert werden
gestolpert werden
gestolpert werden

Futur II (Past future)

-
-
-
-
-
-

Imperativ (Imperative)

- (-)

-
-
-
-

Infinitiv (Infinitive)

Präsens (Present)

gestolpert

Perfekt (Present perfect)

gestolpert

Partizip (Participle)

Präsens (Present)

gestolpert

Perfekt (Present perfect)

gestolpert

Verbs having a similar conjugation to stolpern

A few randomly selected verbs



  fahren     tanzen     machen     spielen     essen     laufen     lesen     gehen     helfen     wissen     sein     stehen     besuchen     lassen     schlafen     sehen     bleiben     schwimmen     sitzen     kommen     sprechen     werden     geben     schreiben     bringen     haben     nehmen     finden     vergessen     kaufen